Inscriptie VICTORINVSFVIMB Datering Metaalsamenstelling Betekenis Victorinus is een persoonsnaam. De F achter een naam staat in de Romeinse tijd vrijwel altijd voor Fecit'heeft dit gemaakt'. Er één uitzondering waarbij de F als Faber'handwerker' of 'vakman' wordt gelezen. VI kan misschien het getal zes een zilverbaar, gedateerd in de vroege vierde eeuw) bekend met die afkorting. Mogelijk is het een aanduiding voor een functionaris. Twee opties die door specialisten genoemd worden zijn Magister Biselliarius (hoge ambtenaar die op een brede zetel mag zitten) en Minstrator Barbaricariae (manager van een atelier waar wapens worden gemaakt). Of MB werkelijk de afkorting is ambten, en hoe deze dan bij VI passen, is onduidelijk. concluderen dat de bevredigend gelezen Het enige dat wel als staat, is dat het een een Romeins met inscriptie die door de militairen werden voor deze Victorinus en We moeten letters VIMB niet kunnen worden. een paal boven water makersinscriptie is uit atelier. Andere objecten zijn vaak geschenkobjecten keizer aan hoge bestuurders, en externe bondgenoten geschonken. Omdat de lettercombinatie MB alleen bekend is op een vondst uit de vroege vierde eeuw, en ook de metaalsamenstelling een overeenkomst met gouden munten van vóór 346 na Chr. aangeeft, wordt de halsring in de eerste helft van de vierde eeuw gedateerd. Aangezien de inscriptie met de letters MB uit Servië bekend is en halsringen van dit gewicht alleen in Oostenrijk en Hongarije zijn gevonden, wordt vermoed dat de Veerse halsring in die streken vervaardigd is. Wanneer de ring naar het huidige Zeeland is gekomen en wanneer deze in de grond geraakt is, is niet helemaal duidelijk: dat zou in de vroege vijfde eeuw gebeurd kunnen zijn. verdeeld in 12 ons (uncia). Een half Romeins pond (zes ons) is circa 163 gram en dat komt dichtbij het gewicht van 153 gram van de Veerse vondst. De 10 gram verschil zou heel goed het gewicht van de missende sluiting kunnen zijn. De samenstelling van het metaal is gemeten door middel van pXRF, een draagbare scanner. De vraag die met dit onderzoek beantwoord kan worden is of de samenstelling van het object overeenkomt met goud dat in laat-Romeinse gouden munten is gebruikt, of eventueel meer lijkt op middeleeuws of modern goud. Ter controle werden daarom ook gouden munten uit de laat-Romeinse tijd, de late middeleeuwen en de twintigste eeuw gemeten. De samenstelling van de halsring wijkt sterk af van modern en middeleeuws goud en daarmee staat de echtheid van het object vast. Verder blijkt de samenstelling van de halsring uitstekend overeen te stemmen met die van de laat-Romeinse goud munten, vooral die uit de periode circa 220-348 na Christus. Na die tijd werd goud van een andere samenstelling gebruikt. aanduiden. Boven is reeds uiteengezet dat het gewicht van de halsring uit Veere zes Romeinse ons benadert. Hierbij dient weLvermeLd te worden dat er geen VNC voor unciae voLgt. Een andere optie zou kunnen zijn om VI te lezen als afkorting van 'Vasculari' en dan te verbinden met de F als faber: 'Victorinus, vakman van de edelsmid'. Dit grenst echter aan speculatie: er is geen enkele ondersteunende Latijnse tekst voorhanden. "X i"- Tot nu toe waren er nauweLijks Laat-Romeinse vondsten bekend van Walcheren. Dankzij de halsring van Veere weten we dat er toch activiteiten waren in die periode, en dat een van de bezoekers een welvarende persoon was, waarschijnlijk een hoge militair, die een halsring droeg die in Romeinse ateliers was vervaardigd. De laatste twee letters van de inscriptie luiden MB. De betekenis daarvan is onduidelijk. Alleen uit het huidige Servië zijn objecten (een schaal en Stijn Heeren (Vrije Universiteit Amsterdam) en Pieterjan Deckers (Aarhus University, Denemarken Vrije Universiteit Brussel). ZEEUWS ERFGOED -V 11

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2019 | | pagina 11