Walcheren
Schouwen-Duiveland
www.scez.nl/vondstmelden
Leerlingen van de Isaac Beeckman Academie aan het werk bij Grijpskerke.
De kleilaag groeide ter plekke aan tot meer dan 1 meter dik.
Een aantal leerlingen nam na de uitleg met groot enthou
siasme de boor ter hand en verrichtte enkele boringen tot
in het veen, om te kijken of er nog meer aanwijzingen voor
bewoning te ontdekken waren. Die waren er echter niet.
Educatief veldbezoek Kievitshoekweg
Op 28 juni bracht SCEZ-archeoloog Hans Jongepier met
veertien leerlingen en een leerkracht van de Isaac
Beeckman Academie uit Kapelle een veldbezoek aan een
weiland langs de Kievitshoekweg bij Grijpskerke, in het
kader van educatie voor scholieren in het voortgezet
onderwijs. Eerst gaf hij uitleg over procedures van
vondstmeldingen en archeologische werkzaamheden in
het algemeen en vervolgens vertelde hij het verhaal van
het belangrijke vondstcomplex van deze locatie. Het betreft
een enorme hoeveelheid aardewerk uit de late ijzertijd
(tweede eeuw voor Christus), die in 2003 in een watergang
naast het weiland is aangetroffen. Vervolgens zette hij bij
de plek van de vondst een grondboring en legde uit hoe de
bodemopbouw zich in de loop van de afgelopen 5.000 jaar
ontwikkelde. In de boor was een afwisseling van veen en
klei te zien. In de ijzertijd en de erop volgende Romeinse
tijd woonde men op het veen. Na de Romeinse tijd
zorgden overstromingen vanuit zee voor de afzetting
van kleideeltjes.
Vondsten van Zierikzeese akkers
Op 28 juni meldde de heer L. Bongers uit Berlaar (België)
een groot aantal metalen voorwerpen, die hij op twee
akkers ten noorden van Zierikzee had gevonden. Het betrof
veel lakenloodjes, muntjes (waarvan drie uit de dertiende
eeuw), muntgewichten, gespen, knoopjes, een zegelstempel
enzovoort. Een bijzondere vondst was een hanger van
messing uit de zestiende eeuw, met daarin een uit been
gesneden beeldje van vermoedelijk de heilige Barbara.
Een andere opmerkelijke vondst was een koperen kokertje
met daarin een benen dobbelsteentje, vermoedelijk uit
dezelfde periode.
De vondsten van de ene akker dateren uit de zestiende
tot de achttiende eeuw; die van de andere akker uit
twee perioden, namelijk de late middeleeuwen en
eveneens de zestiende tot de achttiende eeuw.
De laatstgenoemde voorwerpen, uit de nieuwe tijd,
kunnen in stadsafval uit Zierikzee op de akkers terecht
zijn gekomen. De middeleeuwse vondsten wijzen mogelijk
op bewoning ter plekke.
Behalve de vondsten van Zierikzee meldde de heer Bongers
nog een bronzen schijffibula, die hij had gevonden op een
akker ten noordwesten van Aagtekerke (Walcheren).
Deze speld had een diameter van ruim 2 centimeter en
dateert uit de elfde-dertiende eeuw.
Messing hanger, met een benen beeldje van vermoedelijk de heilige Barbara.
Meldpunt voor Bodemvondsten
Stel, u doet een archeologische vondst in uw tuin, op het strand, in een bouwput of op een aardappelveld.
De Erfgoedwet schrijft voor dat u dit moet melden. In Zeeland doet u dat bij de SCEZ.
De SCEZ registreert uw ontdekking en slaat de informatie op in het Zeeuws Archeologisch Archief.
De vondst blijft uw eigendom, tenzij u deze wilt afstaan. Meer informatie op:
Zeeuws Erfgoed 26 september 2016 03