AN BI MOnuMENTaal I f Zeeuws Erfgoed I - www.zeeuwseankers.nl ankers wOlOTOn jaargang 15 nr. 2 «juni 2016 Zeeuws Erfgoed - blad voor erfgoedliefhebbers is een uitgave van Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland en verschijnt vier keer per jaar. Dit blad informeert over het materieel en immaterieel erfgoed in Zeeland. De activiteiten van de SCEZ worden mede mogelijk gemaakt door de Provincie Zeeland. Redactie Saskia Buitenkamp, Marinus van Dintel, Jan Kuipers, Veronique De Tier en Janneke de Wit Eindredactie Saskia Buitenkamp, Marinus van Dintel, Jan Kuipers en Veronique De Tier Foto's SCEZ, tenzij anders vermeld Auteursrecht Het auteursrecht van Zeeuws Erfgoed (gehele uitgave) berust bij de SCEZ; van externe bijdragen bij de auteurs. Gehele of gedeeltelijke overname of publicatie van artikelen is uitsluitend toegestaan met bronvermelding na toestemming van de SCEZ en de rechthebbende(n). De SCEZ streeft er met de uiterste zorgvuldigheid naar om voorafgaand aan het moment van publicatie contact op te nemen met de rechthebbende(n). Mochten personen of instanties als rechthebbende(n) alsnog niet benaderd zijn, dan kunnen zij hiervoor contact opnemen met de redactie. De SCEZ kan op geen enkele wijze aansprakelijk worden gesteld voor door derden aangeleverd beeldmateriaal waarop auteursrecht berust. xi r. lm jm I .lil I.TI-. I Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland Postbus 49 4330 AA Middelburg Bezoekadres Het Schuitvlot, Looierssingel 2 T +31 (0)118-670870 E info@scez.nl Twitter SCEZ @erfgoedzeeland www.scez.nl Contact redactie en administratie Reacties en adreswijzigingen bij voorkeur digitaal via zeeuwserfgoed@scez.nl of via postbus 49, 4330 AA Middelburg o.v.v. Zeeuws Erfgoed. Opmaak decreet, Ramon de Nennie, Middelburg Druk Meulenberg, Middelburg Aan dit nummer droegen bij Leo Adriaanse, John Akkermans, Jeanine Dekker, Robert van Dierendonck, Marinus van Dintel, Aagje Feldbrugge, Johan Francke, Henk Hendrikse, Hans Jongepier, Jan Kuipers, Bernhard Meijlink, Josien Pootjes, Wim Scholten, Veronique De Tier, Truus Trimpe Burger-Mekking en Janneke de Wit ISSN 2352-4766 Losse verkoopprijs g 4,50 (alleen aan balie SCEZ) De SCEZ staat voor behoud en beleving van erfgoed Donateurs van de SCEZ ondersteunen het erfgoed in in een veranderende samenleving. Samen met de vele Zeeland. Dat kan al voor 14 euro per jaar. andere erfgoedorganisaties in Zeeland houden wij het erfgoed levend en in beweging. Meer weten? Kijk op www.scez.nl/donateur Meekrap werd al in de middeleeuwen in Zeeland verbouwd. Vanaf 1660 nam de teelt ervan toe. Boeren schakelden over op meekrap omdat de graanopbrengsten terugliepen. Uit de wortel van de plant werd de rode kleurstof alizarine gewonnen, die werd gebruikt voor het verven van wol, katoen, zijde en leer. Vooral op Schouwen-Duiveland en Tholen kwam veel meekrapteelt voor, verder ook op de Bevelanden en in het Land van Hulst. Het was eeuwenlang het meest winstgevende product van de Zeeuwse landbouw, met zijn hoogtepunt rond 1850. Bijna elk dorp op Tholen en Schouwen-Duiveland had zijn eigen meestoof waar de meekrap werd verwerkt. De wortels van de meekrap moesten nog een hele bewerking ondergaan voordat ze de rode verfstof voor de textiel-industrie opleverden. De gedroogde en tot poeder gestampte meekrap werd in de waag van het stadhuis in Zierikzee gekeurd (zie foto op achteromslag). De grootste vaten wogen wel vijfhonderd kilo en brachten een klein kapitaal op. Andere handelaren bezochten de telers op hun boerderijen om er monsters te nemen en de koop te sluiten. Vanuit Zierikzee ging de meekrap naar Rotterdam, van waaruit de verfstof naar heel Europa werd verhandeld. In 1826 kwam de meekrapteelt onder druk te staan door de Franse uitvinding van garancine, een verbeterd meekrappreparaat. Nadat de regelgeving over de meekrapteelt en -bereiding in 1845 was afgeschaft, verschenen ook in Zeeland nieuwe meekrapfabrieken en garancinefabrieken. In korte tijd onderging de meekrapnijverheid belangrijke vernieuwingen. Toen het mogelijk bleek om relatief goedkoop synthetische alizarine te produceren, was het eind negentiende snel gedaan met de meekrapnijverheid in Zeeland. Het gewas verdween bijna helemaal uit Zeeland. Tegenwoordig staat meekrap weer in de belangstelling. Er worden pogingen ondernomen om het gewas weer te kweken, bijvoorbeeld bij Streek- en Landbouwmuseum Goemanszorg in Dreischor. Een van de verhalen die te beluisteren is op de nieuwe ankerplaats tegenover Goemanszorg gaat over de historische manier van delven van het gewas. Ook kledingontwerpers zorgen voor een nieuwe impuls, omdat zij graag met de natuurlijke rode verfstof werken. zeeuwse Zeeuws Erfgoed 3 1 juni 2016 02

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2016 | | pagina 31