Rika Ghijsen,
dialectwoordenboekenschrijfster
Zeeland heeft een mooi Woordenboek der Zeeuwse dialecten, dat ondertussen vijftig jaar oud is. De
samensteller ervan was een vrouw: Hendrika Catharina Maria Ghijsen (22 november 1884 - 25 maart
1976). In die tijd was dat heel opmerkelijk. Ze was in het Nederlandse taalgebied de eerste vrouw die
een dialectwoordenboek schreef en na haar duurde het nog lang voor een andere vrouw zich hieraan
heeft gewaagd.
Promovendus Rika Ghijsen met paranimfen Bea Immink (links) en (rechts) Lien de Josselin de Jong-Van den Hoek
(fotograaf onbekend; bron: ZB| Planbureau en Bibliotheek van Zeeland, Beeldbank Zeeland).
Als we alle dialectwoordenboeken van de laatste honderd
jaar bekijken, dan zien we pas heel recent vrouwen
opduiken. Ze vormen nog altijd een heel kleine minderheid.
Voor haar vele werk aan dat Woordenboek der Zeeuwse
dialecten kreeg Rika in 2015 een borstbeeld in Domburg.
Rika Ghijsen was de dochter van Matthieu Ghijsen. Hij
woonde na zijn overplaatsing naar Zeeland eerst in het
huis 'Baron Chassé' in de Gortstraat K 19 te Middelburg
(tegenwoordig Sociëteit de Vergenoeging). Rika groeide
op in een verdraagzaam en vooruitstrevend gezin.
Ze had twee broers. In 1900 kocht het gezin 'De Lijsterhof'
aan de Weststraat 11 in Domburg, dat tot 1920 als
zomerresidentie dienstdeed. Daar zou ze de rest van
haar leven blijven wonen, na haar studies in Leiden.
Ze deed haar kandidaatsexamen in 1909 en koos daarna
voor een geschiedenisstudie. In 1913 deed zij haar doctoraal
in Nederlands en Geschiedenis. Op 8 juli 1919 promoveerde
zij cum laude op de dissertatie: Betje Wolff, jeugd en
huwelijksjaren. Tijdens de oorlogsjaren hielp ze mee in
vluchtelingencomités, vooral toen heel wat Belgen als
oorlogsvluchtelingen naar Zeeland kwamen.
Rika was dus in eerste instantie historica en letterkundige.
Pas later kunnen we haar ook taalkundige noemen. Rond
1926 contacteerde Van Ginneken haar om een deel over
de Zeeuwse dialecten te schrijven voor zijn boek
De Nederlandsche dialecten in den loop der eeuwen.
Filologie - nu heet dat taalkunde - was niet haar echte vak,
maar toch ontdekte ze al snel een zwak element in het plan
van Van Ginneken, namelijk dat men zelf goed onderlegd
moest zijn in het spreken van het dialect. Dit plan ging
uiteindelijk niet door, maar enkele jongemannen besloten
rond die tijd -1928/1929 - een Zeeuwsche Vereeniging voor
Dialectonderzoek op te richten. Zij benaderden Rika omdat
ze met het idee speelden een Zeeuws woordenboek te
maken. Rika Ghijsen werd al spoedig tot secretaresse van
de vereniging aangesteld. Met de hulp van allerlei contact
personen in heel Zeeland (boeren, onderwijzers, dominees,
burgemeesters, echte dialectsprekers et cetera) werden
woordenlijsten ingevuld. Na de dood van haar moeder in
1935 zou Rika zich jarenlang op dialectonderzoek richten.
Het werk aan het prachtige Woordenboek der Zeeuwse
dialecten liep niet van een leien dakje. De lemma's - een
Zeeuws Erfgoed 1 4 maart 2016 01