Steunfonds voor
de Zeeuwse Musea 1994-2014
Twintig jaar lang heeft het bestaan: het Steunfonds voor de Zeeuwse Musea. Op 2 oktober viel
het doek. Het bestuur van de stichting kwam voor de laatste keer bijeen in de vaste vergaderlocatie,
het fraaie zeventiende-eeuwse Huis Hoope in Goes. Een korte terugblik op die twintig jaar.
Restauratie 'Darinckdelven'. Restauratieproject Zeeuws Behout, beeld Karel V.
Het Steunfonds voor de Zeeuwse Musea werd opgericht in
1994 met een startsubsidie vanuit de Provincie Zeeland.
Doel was "het verlenen van steun, in de meest uitgebreide
zin des woords, aan in Zeeland gevestigde musea".
Onder de oprichters waren twee bestuursleden, die tot op
de dag van vandaag aan het steunfonds zijn verbonden:
voorzitter Jack Asselbergs uit Zierikzee en penningmees
ter Cees de Hooge uit Renesse (tegenwoordig Middelburg).
Vanaf 1995 was ook Willem den Herder uit Goes bestuurs
lid en vanaf dat jaar werd Huis Hoope aan de J.A. van der
Goeskade in Goes het bestuurlijk onderkomen.
Het toenmalige bureau van de provinciaal museum
consulent in gebouw De Burg in Middelburg was het
administratieve onderkomen. Vanaf 2001 ging dit bureau
op in de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland en verleende
de SCEZ de advisering en administratieve ondersteuning
aan het steunfonds.
Restauraties
Al in de eerste jaren sinds de oprichting in 1994 vonden
vele Zeeuwse musea de weg naar het steunfonds.
Het merendeel van de (incidentele) aanvragen was bedoeld
voor de conservering of restauratie van een museum
object. In de afgelopen jaren betroffen dit bijvoorbeeld
restauraties van het zestiende-eeuwse schilderij
'Darinckdelven' in het Stadhuismuseum Zierikzee, van de
vier zeventiende-eeuwse 'Schuttersstukken' van Cornelis
en Willem Eversdijck in Historisch Museum De Bevelanden,
van het zeventiende-eeuwse 'Portret van een Oude Man'
van Cornelis de Vos in Museum De Vier Ambachten in
Hulst, van het imposante panoramaschilderij'Gezicht op
de haven van Yerseke' uit 1913 van Willem Vaarzon Morel
in het OosterscheldeMuseum (4 meter hoog en maar liefst
6 meter breed) en van enkele goederenwagons en een
ketelwagen voor een historische goederentrein uit de jaren
dertig van de vorige eeuw van de Stoomtrein Goes-Borsele.
Projecten
Soms betroffen het ook collectieve aanvragen, zoals voor
het educatieve project 'De Opvreter' (1998) over beheer
en behoud van museumvoorwerpen, het textielproject
'Door mijn gedaen' (1999) over merklappen, het
restauratieproject 'Zeeuws Behout' (2007), de centrale
depotvoorziening voor Zeeuwse musea bij de COVRA
(2008) en de Collectiewacht Zeeland (2011-2014) voor
preventieve zorg voor Zeeuws museaal erfgoed.
Bij laatstgenoemd project vonden zowel basis- en
materiaalinspecties als scholingsworkshops voor museum
medewerkers plaats (zie Zeeuws Erfgoed, september 2013).
Donateurs
Na de startsubsidie vanuit de Provincie Zeeland in 1994
werd in 1998 nogmaals een 'doorstartsubsidie' vanuit de
Provincie verleend. Ondertussen was al een groot aantal
donateurs verworven. Ook van een aantal Zeeuwse
gemeenten ontving het steunfonds jaarlijks een bescheiden
subsidie. Voor de hiervoor genoemde projecten werd meer
maals succesvol beroep gedaan op de Rabobank en enkele
fondsen en vooral bij'Zeeuws Behout' werd ook een groot
aantal bedrijven bereid gevonden te sponsoren. Maar de
kern werd gevormd door de particuliere donateurs voor
wie in de eerste tien jaren succesvolle donateursdagen
werden belegd, onder meer in Zierikzee, Sluis, Yerseke,
Tholen, Axel, Veere en Goes. De eerste donateur in 1994
was overigens de toenmalige gedeputeerde Gert de Kok.
Kredietcrisis
De laatste jaren werd het bestuur, naast Jack Asselbergs,
Cees de Hooge en Willem den Herder (tot diens overlijden
in 2013), gevormd door Paul Favier uit Goes (secretaris),
Lous Coppoolse uit Middelburg (namens de Vereniging
van Zeeuwse Musea), Arnold Parre uit Middelburg en Jaap
Hennekeijuit Breskens. In 2010 werd voor het eerst door
het bestuur vastgesteld dat de inkomsten van het fonds
niet meer boven de uitgaven uitkwamen. Een teruglopend
Zeeuws Erfgoed 16 december 2014 04