Kansen voor ondernemers in kerkgebouwen? Een van de doelgroepen die in het kader van het project 'Kerk, Krimp en Kans' zijn benaderd, zijn ondernemers. De instandhouding van religieus erfgoed wordt steeds minder afhankelijk van subsidiegeld en komt steeds meer bij de samenleving te liggen. Ondernemers zijn dan ook een aangewezen partij om zich mede over leegkomende kerkgebouwen te ontfermen. Ondernemers kunnen immers de investeringscapaciteit hebben om tot een volledige herbestemming te komen of om een (commerciële) nevenfunctie toe te voegen aan een kerkgebouw. Op twee momenten in september zijn meer dan vijftig ondernemers samengekomen op de ondernemersbijeenkomsten om kennis te maken met een kerk als mogelijke locatie voor investeringsbeslissingen. Na een korte introductie vanuit de gemeente Sluis werden de aanwezigen verrast met een leeg tekenvel. Daarop moest een onderdeel van een kerkgebouw als een kerktoren, het schip van een kerk, het dak van het schip, de klok en dergelijke getekend worden. Na elk getekend onderdeel moest het tekenvel doorgegeven worden aan de naaste buren en later aan anderen, die de vervolgopdracht op het vel tekenden. Na deze introductie, waarbijnaar voren kwam dat iedereen een heel andere voorstelling had van ogenschijnlijk basale begrippen, begon het 'serieuze' werk. De aanwezigen werden in kleinere groepjes verdeeld en aan de hand van vragen en onder begeleiding van een architect kregen zijde opdracht een business case uit te werken. Daarbijmoesten vragen worden beantwoord en een plattegrond ingevuld. Hoe kan de casus in de markt gezet worden? Welke partijen dienen bij deze business case betrokken te zijn? En wat zou hierbij de eerste stap moeten zijn om deze casus in de realiteit te verwezen lijken? Na meer dan twee uur discussie, rekenen en tekenen, konden de ideeën van de verschillende groepen worden toegelicht. De grote overeenkomst was dat iedereen voor een gemiddelde grote kerk een vorm van risicospreiding gewenst vond. Door middel van een stapeling van meerdere, in elkaars verlengde liggende functies, konden meerdere inkomstenbronnen gegenereerd worden en kon het zakelijk risico worden gespreid. Creatieve oplossingen Twee casussen waren geënt op het principe van de kerk als voorziening voor allerhande functies die de leefbaar heid van een dorp in stand zouden kunnen houden. Zo zouden een mogelijk gezondheidscentrum, zalen voor maatschappelijke groeperingen, werkplekken voor ZZP'ers en mogelijkerwijs zelfs een internetcafé gezamenlijk gehuisvest kunnen worden. Op deze manier wordt het gebouw op verschillende tijden gebruikt, ontstaat er een stroom van bezoekers, levendigheid en daarmee ook inkomsten om het gebouw in stand te houden. Een specifiekere uitwerking betrof het idee om de kerk in te richten als tentoonstellingsruimte voor oldtimers, waarbijook de mogelijkheid bestond om toeristische rondritten te maken en de oldtimers in te zetten voor speciale gelegenheden als jubilea en trouwerijen. Horeca en onderdelenverkoop met een periodieke ruilbeurs completeerden deze business case. Weer een andere business case denkt in te spelen op de groei van het toerisme in de streek en de kwaliteitsverbetering van het aanbod, door een bijzondere kerk in te richten als welnesscentrum. Een jonge ondernemer uit IJzendijke zag brood in een kerk als culinair centrum, gekoppeld aan de ouderenzorg. Een wekelijkse streekmarkt en de bereiding van 'eerlijk' voedsel voor ouderen zouden hierbij hand in hand gaan. Maar ook een meubelmakerijwerd genoemd. De kerk zou dan een werkplaats worden van kunstenaars voor toegepaste kunst. Alle disciplines, van ontwerp tot realisatie en design, zouden dan onder één dak samen gebracht kunnen worden. De naamsbekendheid en het innovatieve van dit concept zou dan ook een breder publiek trekken dan alleen de plaatselijke bevolking. Ook zorg was in een krimpregio als West-Zeeuws-Vlaanderen een interessant thema voor ondernemers. Een groep deelnemers zag brood in een zorgcentrum voor jong tot oud, annex informatiepunt, zowel gericht op geest als lichaam, van tandarts tot huisarts, psycholoog en apotheek, maar ook met ruimte voor fysiotherapie met medische fitnessmogelijkheid. Daarnaast waren er ook ondernemers die al met concrete vragen zaten en op zoek waren naar een leegstaand kerkgebouw. Er was bijvoorbeeld een verzoek om kleine verhuurbare opslagruimten te creëren voor de verhuur voor onder andere inboedelopslag, en een verzoek voor hergebruik van een kerkgebouw voor meervoudige zorg. De creativiteit die tentoon werd gespreid was groot en een aantal ideeën voor her- of nevenbestemming waren zeer concreet. De SCEZ zal dan ook gericht in een kleinere groep en met de eigenaren van mogelijk betrokken gebouwen hier een vervolg aan geven. Ondernemers aan het werk op de tweede bijeenkomst in Oostburg. Zeeuws Erfgoed 10 december 2014 04

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2014 | | pagina 10