Een Jydepot uit Middelburg Op de locatie van het voormalige landhuis Ramsburg bij Middelburg is in 2009 een bijzondere 'Jydepot' gevonden. Vondsten van dit aardewerk zijn vrij zeldzaam, waarschijnlijk omdat het vaak niet wordt herkend. t De archeologisch complete Jydepot uit Ramsburg. In mei deponeerde de Walcherse Archeologische Dienst (WAD) een twintigtal vondstendozen en een aantal gereconstrueerde kannen, borden en kommen van keramiek als vondstcomplex bij het Zeeuws Archeologisch Depot. Deze vondsten zijn verzameld tijdens de opgraving in 2009 op de locatie van het voormalige landhuis Ramsburg bij Middelburg. In de dozen bevond zich een zak scherven van grijs aardewerk; het vondstkaartje meldde 'Jydepot'. Een Jydepot is een pot van aardewerk die niet werd gemaakt op een draaischijf, maar met de hand is opgebouwd. Jydepotten zijn niet geglazuurd en niet gebakken in een oven, maar in een kuil met graszoden en heideplaggen. De fabricage van Jydepotten en -schalen begon waarschijnlijk al in de vijftiende eeuw en eindigde omstreeks 1800. Doordat zo weinig mogelijk zuurstof werd toegevoegd verkreeg men een baksel van grijs aardewerk, dat er vrijwel uitziet als vroegere, middeleeuwse inheemse producten. Voor zover bekend werden deze (voornamelijk) kookpotten vervaardigd door vrouwen en meisjes op het Deense platteland, hoofdzakelijk in Jutland, waarnaar de naam Jydepot verwijst. De potten maakte men uit tertiaire klei waaruit alle steentjes en andere ongerechtigheden waren verwijderd. Tijdens het kneden werd als 'magering' (aanvulling met extra stoffen om krimpscheuren e.d. tegen te gaan) zand toegevoegd, waarna de pottenbakster de pot laag voor laag op een plank opbouwde. Met behulp van een doek werd de pot steeds dunner gedraaid, waarna de eventuele oren eraan werden gezet. Na een paar uur droging en het dichten van het gat in de bodem klopte men met een gladde ronde steen de pot van binnenuit verder uit. Daarna konden de pootjes bevestigd worden, waarna de pot opnieuw een paar uur moest drogen. Hierna haalde de maakster met een mes eventuele onregelmatigheden van de buitenzijde en bestreek de binnenkant met een kleipap. Na een volgende droging werd de pot met een gepolijste steen verder gladgemaakt. Hierdoor zijn aan de binnenzijde van de pot en aan de rand vaak strepen te zien. Wanneer genoeg potten gereed waren, werden ze gerookt. Dit proces nam twee tot drie dagen in beslag. De potten waren dan glanzend koffiebruin. Het eigenlijke bakproces gebeurde in een gat van 3 a 4 meter diep, waarin een pakket turf, oud bedstro of hooi was gevlijd. Turf vulde de ruimte tussen de potten en dekte ze ook af. Het bakken duurde 3 tot 5 uur. Vondsten in het kustgebied Hoewel veel Jyde-aardewerk naar Nederland is geëxpor teerd, zijn vondsten ervan toch relatief zeldzaam. Een verspreidingskaartje uit 1995 toont dat Nederlandse vondsten zich voornamelijk beperken tot het kustgebied. In Zeeland kenden we tot dusver maar twee andere vindplaatsen, namelijk Goes (Molenplein) en Wemeldinge (Maartenskerk). Dit waren vondsten van slechts enkele scherven. De kookpot uit Ramsburg bleek echter archeologisch compleet; de pot heeft twee kleine puntoren, ook een van de karakteristieke kleine pootjes bleef bewaard. Binnenin zijn duidelijk de bovengenoemde strepen te zien. Waarschijnlijk worden scherven van Jydepotten nauwelijks herkend in vondstcomplexen, vanwege de grote overeenkomst met middeleeuwse voorgangers. Maar als er scherven grijsbakkend aardewerk in zeventiende/achttiende-eeuwse vondstcomplexen voorkomen, moet bij de onderzoeker toch een lichtje opgaan. Het kan wel eens Jyde-aardewerk uit Denemarken zijn! Henk Hendrikse, depotbeheerder Bronnen Overige vindplaatsen in Zeeland: Goes, Evenemententerrein (nu Molenplein), 1970, ZAD, inv. nrs. 1125-2 en 1125-6. Wemeldinge, Ned. Herv. Kerk (nu PKN), 1988, ZAD, inv. nr. 1107-1. R.M. van Heeringen, 'Kort verslag van het archeologisch onderzoek i.v.m. de restauratie van de Ned. Herv. Kerk te Wemeldinge', in: D.B.M. Hermans en J. Kamphuis, De Ned. Herv. Kerk te Wemeldinge in bouwhistorisch perspectief (Delft 1988), 66-68. Pieter van Reenen Vivi Jensen, 'Jydepotten en hun export naar Nederland', Westerheem 44 (1995) 1,1-16. Zeeuws Erfgoed 26 september 2014 03

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2014 | | pagina 26