Zuid-Beveland Schouwen-Duiveland De neolithische boerderij Horsterwold' in opgeleverde staat (foto Laboratorium voor Artefactstudies, Universiteit Leiden). i Funderingsrestant van het voormalig slot Ravestein te Kloetinge. Zeeuws Erfgoed 14 december 2012/04 ARCHEOLOGIE Het skelet van de neolithische boerderij van Haamstede-Brabers is klaar en het dakdekken wordt voorbereid (foto Laboratorium voor Artefactstudies, Universiteit Leiden). Vijftiende-eeuwse vondsten 's Heer Abtskerke Na een vondstmelding door de heer J. de Jonge van een cultuurlaag met baksteenresten en twee kookpotten van rood aardewerk uit de vijftiende eeuw voerde de SCEZ op 31 augustus archeologische waarnemingen uit langs de Kloetingseweg bij 's Heer Abtskerke. De resten waren aangetrof fen in het profiel van een nieuw gegraven sloot. Verder waren hierin de sporen van oude sloten en moernering zichtbaar. Dijkonderzoek bij Bath Op 27 september verrichtte de SCEZ archeologische waarnemingen na het doorgraven van een dijk uit 1923 langs de Kreekrakpolder bij Bath. Een verticaal profiel is gefotografeerd en getekend. Er is sprake van een kerndijklichaam, bestaande uit klei- en veenbrokken, op een vegetatielaag (voormalig schorniveau). De kerndijk is aan de onderzijde aan weerszijden beschermd door een kleilaag. Daar bovenop en op de kerndijk is een tweede laag grond gedeponeerd, bestaande uit een heterogeen brokkig klei- en zandpakket. Dit laatste pakket was in het midden van de dijk circa 2 meter dik. De totale hoogte van de dijk bedraagt ongeveer 4 meter. Onder het vegetatie(schor)niveau bestaat de bodem uit een vette blauw grijze klei met zwarte humeuze vegen. De grond voor de kerndijk - en mogelijk ook voor de afdekkende tweede laag - zal waarschijnlijk van elders zijn aangevoerd, daar het veen zich ter plekke op enkele meters diepte bevindt. Oudste Zeeuwse huis klaar (Haamstede-Brabers) In het vorige nummer van Zeeuws Erfgoed berichtten we over de nieuwe reconstructie van het huis van Haamstede-Brabers in het Horsterwold bij Zeewolde (Flevoland)Van dit oudste Zeeuwse huis uit de laat- neolithische Vlaardingencultuur (circa 2700-2100 voor Chr.) zijn in 1957 de sporen opgegraven. Nadat afgelopen voorjaar de benodigde materialen waren verzameld is het huis van 20 tot en met 29 augustus op prehistorische wijze en met steentijdgereedschap gebouwd; bouwmeesters waren Hans de Haas en Diederik Pomstra, de wetenschappelijke leiding berustte bij prof. dr. Annelou van Gijn. De kuilen om de dragende palen van het dak in te plaatsen zijn bijvoorbeeld gegraven met behulp van graafstokken. Voor de verbindingen van het houten skelet maakte men gebruik van gedroogde bast van de lindeboom. De dakbedekking bestond uit lokaal verzameld riet, maar bij het dekken bleek de hulp van een moderne ladder toch onontbeerlijk. De prehistorische boerderij 'Huize Horsterwold', zoals de reconstructie is genaamd, is op 27 oktober officieel geopend door vertegenwoordigers van de gemeente Zeewolde, de Universiteit Leiden en Staatsbosbeheer. Het huis gaat dienen voor educatie van bezoekers, beleefexcursies voor schoolkinderen en -klassen en als experimenteel-archeologisch centrum voor wetenschappers en studenten. De bouw van dit huis was een prachtig leerproces, waarin heel veel gegevens minutieus zijn verzameld en vastgelegd. Deze data zullen wetenschappelijk worden verwerkt en gepubliceerd. Al tijdens de bouw werd duidelijk dat delen van het bouwproces voor verbetering in aanmerking komen, en bij een volgend project kunnen worden toegepast. Wellicht in Zeeland, bij de oorspronkelijke vindplaats van de boerderij? Profiel van de onderzochte dijk langs de Kreekrakpolder bij Bath. Archeologische inspectie Ravestein, Kloetinge Op 2 oktober verrichtte de SCEZ een archeologische inspectie in verband met illegale graafwerkzaamheden op een perceel grasland aan het Noordeinde in Kloetinge. De eigenaar van het terrein groef hier jaren geleden een sleuf van 25 meter lang en circa 1 meter breed om de resten van het voormalig slot Ravestein in beeld te brengen. Daarbij legde hij een bakstenen fundering van ongeveer 20 meter lang en 42 centimeter breed bloot. Deze bevindt zich op 40 centimeter beneden het maaiveld. De fundering was opgebouwd met halve (of stukken) bakstenen. Het baksteenformaat bedraagt 28 x 14 x 7 centimeter. Gezien dit formaat kan voor de bakstenen worden gedacht aan een datering in de veertiende of vijftiende eeuw. Er kan hier echter ook sprake zijn van hergebruikt materiaal, zodat het niet zeker is of de fundering zelf ook uit die periode dateert. Bij de graafwerkzaamheden trof de eigenaar ook een waterkelder uit de zeventiende/achttiende eeuw aan. De resten zijn gedocumenteerd en gefotografeerd, waarna de sleuf weer moet worden dichtgegooid, zodat de fundering behouden blijft.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2012 | | pagina 14