10C3aar
enronde] Erfgoedvereniging Heemschut
Monument
Beeld van de Bond
:hut
HEEMSCHUT
De Bond of tegenwoordig Erfgoedvereniging Heemschut werd in 1911
opgericht door de architecten Willem Weissman en Karel de Bazel.
Doel bij oprichting was het vormen van een koepelorganisatie die zich
bezig zou houden met de bescherming van zowel de gebouwde omgeving
als het cultuurlandschap. Onder de 22 deelnemende organisaties
bevonden zich naast enkele geschiedkundige organisaties ook de ANWB,
de VVV en de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten.
Aanleiding voor de oprichting vormde de sloop van historische
bouwwerken in Amsterdam en in de dorpen rond het IJsselmeer.
Voor de realisering van een werkprogramma werden door het hele land
correspondenten aangesteld. In de eerste tientallen jaren ging de aandacht
uit naar de bescherming van historische bouwwerken en hun omgeving,
schoonheid in de natuur, volkskunst naast strijd tegen ontsierende
reclame. Daarmee werden weliswaar resultaten geboekt, maar vaak
vielen gebouwen toch ten offer aan sloopwoede.
Eerste resultaten
De eerste resultaten op het gebied van de woningbouw
werden behaald door Abel Antoon Kok die, als secretaris
van Heemschut, een adviesbureau voor aangepaste nieuw
bouw oprichtte. Later zouden hier de Schoonheids
commissies en nog later Welstand uit voortkomen. Kok
begon in 1924 met de uitgave van het zelfstandige
tijdschrift Heemschutwaarin verslag werd gedaan van alle
successen, maar ook van alle nederlagen. Het bureau Kok
opereerde ook in Zeeland; voor de PZEM werden een ener
giecentrale en een reeks transformatorhuisjes ontworpen.
Een exemplaar van zo'n huisje in Groede is onlangs in het
kader van het eeuwfeest van Heemschut gerestaureerd en
wordt binnenkort opgeleverd.
Nieuwe (deel)organisaties
In de loop van de tijd ontstonden uit Heemschut organisaties die zich
met deelaspecten van de erfgoedbescherming gingen bezighouden, zoals
De Hollandse Molen, Hendrick de Keyser, Menno van Coehoorn en het
Cuypers Genootschap. Na Kok was het de beurt aan Ton Koot, directeur
van de VVV in Amsterdam, om als secretaris van Heemschut de vlag over
te nemen en hij deed dat met veel verve. Onder zijn leiding werden na de
Tweede Wereldoorlog de provinciale commissies opgericht, waardoor een
landelijk netwerk ontstond.
Commissie Zeeland
Elke commissie kreeg een bestuur met daarbij een of meer technische
en publiciteitsadviseurs. In de beginjaren van de commissies werd veel
aandacht besteed aan bedreigingen in de belangrijkste steden. Zo kon
in de jaren vijftig van de twintigste eeuw worden voorkomen dat een
verbindingsweg dwars door de oude stadskern van Goes werd aangelegd.
De wapenfeiten in Middelburg zijn de redding van te slopen wederop
bouw rond het centrum, aanpassing van de verbouwing van het
provinciehuis en behoud van het karakter van de Groene Kamer en
de wijk Bomenbuurt Griffioen. In Vlissingen wordt de Zeevaartschool
gered en het KSG-terrein heringericht. Het grootste monumentenverlies
voor Zeeland was overigens de sloop van het Van Dishoeckhuis. Voor
de reconstructie hiervan zijn inmiddels meerdere plannen ontwikkeld.
Uit deze Zeeuwse voorbeelden blijkt 'Het gelijk van Heemschut', de titel
van het eeuwfeestboek. De redding van Britannia is nog steeds in volle
gang en na acht jaar van actievoeren lijkt er toch enige hoop op tenminste
volledig herstel van het paviljoen. In de kleinere steden en op het
platteland zijn het behoud van het gemaal Oosterschelde in Poortvliet
en de calicotfabriek in Zierikzee, de redding van diverse historische
boerderijen en de herbestemming van monumentale kunst in
Sint-Maartensdijk vermeldenswaardig. De langstdurende actie van de
commissie Zeeland was de redding en restauratie van het Badpaviljoen in
Domburg, die met vallen en opstaan in totaal meer dan 25 jaar in beslag
heeft genomen.
In de afgelopen tientallen jaren organiseerde de commissie Zeeland veel
publieksactiviteiten in de vorm van excursies, symposia en bezoeken aan
heemkundige verenigingen. De meest indrukwekkende waren de
excursies door de Zak van Zuid-Beveland en langs de buitenplaatsen
van Walcheren. Aan deze excursies namen vele honderden leden en
belangstellenden deel.
100 jaar Heemschut
In het kader van het eeuwfeest zijn vorig jaar landelijke bijeenkomsten
gehouden in het Amsterdams Archief, in de Ridderzaal met koningin
Beatrix als beschermvrouw, in de Amerikaanse ambassade, in Madurodam
in Den Haag en tijdens het congres van Europa Nostra in
Amsterdam. In Zeeland is een excursie op Walcheren
georganiseerd met als thema water en een presentatie in
het provinciehuis. Met een symposium in het Nederlands
Openluchtmuseum, dat dit jaar zijn eeuwfeest viert,
werden de festiviteiten van Heemschut afgesloten.
Voor meer informatie zie www.heemschut.nl.
Het recentelijk nog met sloop bedreigde transformatorhuisje
in Groede. Mede door de inzet van Bond Heemschut blijft dit
unieke object behouden (foto Maurice Kindt).
eniüinc
eftF6DcovËnefiiGint
Zeeuws Erfgoed 18 juni 2012/02 MONUMENTEN