MOnuMENTaal De strao is een jaarlijks terugkerende traditie op Schouwen-Duiveland. De eerste vermelding ervan dateert uit het midden van de zeventiende eeuw. Tijdens de strao gaan ruiters met hun versierde paarden in optocht naar het strand. Daar sturen ze de paarden de branding in. Zo'n zout zeebad was een probaat middel om de paardenbenen en -hoeven te reinigen van ziektekiemen nadat de dieren een winter op stal hadden gestaan. Eeuwenlang reden alleen boe renzonen en knechten de strao. Tegenwoordig mogen ook vrouwen meedoen. De ruiters zaten op ongezadelde paarden, gekleed in een witte broek, met hoge zwarte schoenen en een pet op het hoofd. Deze kledinggebruiken zijn inmiddels wat verwaterd, maar hier en daar wordt geprobeerd ze nieuw leven in te blazen. De ruiters met de meeste strao-ervaring voerden de stoet aan. Zij bliezen op koperen toeters. Na het rituele bad keerde de stoet terug naar het dorp. Ook nu nog vinden in de dorpen allerlei festiviteiten plaats. In de negentiende eeuw werden er in kraampjes steevast schroosels (platte dunne krui denkoeken) en appelsienen verkocht. De eerste strao vindt traditiegetrouw acht weken voor Pasen plaats in Renesse. De strao in het Schouwse Serooskerke, dit jaar op 17 maart, is altijd de laatste in het seizoen (foto's Dirk-Jan Gjeltema).

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2012 | | pagina 24