Een 'onzedelijke' UFO uit Reimerswaal
Vondst
voor het voetlicht
UFOs noemen we archeologische voorwerpen die
we niet kunnen thuisbrengen: geen buitenaardse
vervoersmiddelen, maar Unidentified Found Objects.
De hier behandelde vondst is er zo een; jarenlang wist
niemand wat het was. De Aha-Erlebnis kwam bij het
doorbladeren van een Duitse publicatie over Rijnlands
steengoed. Wat blijkt het nu te zijn? Een drinkbeker,
maar dan in de vorm van een fallus! Het zeer zeldzame
voorwerp is lang geleden gevonden op de plaats van de
verdronken stad Reimerswaal (Zuid-Beveland).
Het cilindervormige deel (de penis) staat op
- oorspronkelijk twee - paddenstoelvormige bollen
(de testikels). Aan de achterzijde is een kort steuntje
aangebracht zodat de beker kon staan. De 'penis' heeft
een diameter van 6,4 centimeter en de 'testikel' meet
6,8 centimeter. Omdat het bovenstuk van de hals
ontbreekt, is de lengte onbekend. De beker is van
roodbakkende klei en uitwendig voorzien van
lood-glazuur. Het oor is afgebroken. Dateren is lastig
omdat we geen vergelijking kunnen maken
met exemplaren uit een gedocumen
teerde opgraving. Voorlopig houden
we het op de zestiende eeuw. Bij dit
'wellustige' drinkgerei stellen we
ons een Jan Steen-achtige herberg
scène voor, waarbij een lolbroek
deze 'gewaagde' beker gevuld met
bier aan de lippen zette, met als
gevolg onbedaarlijk gelach en schun
nige opmerkingen
Reconstructie
de beerput bij de woonvertrekken van de abdis van
Herford! Of deze glazen meer betekenden dan platvloerse
humor is niet bekend, wat ook geldt voor onze beker.
De mens heeft het begrip seksualiteit op zeer uiteenlopende
wijze vormgegeven en geïnterpreteerd, dikwijls op
verbluffend creatieve wijze, waarbij de fantasie welhaast
obsessief lijkt. De vele vondsten van erotische of seksuele
insignes, voorkomend in verbazingwekkende frequentie
en variëteit, hebben te maken met vruchtbaarheid en
imponeergedrag. Als amuletten hebben ze van oudsher
een kwaadafwerende, gelukbrengende functie. Ze vormen
een materiële bron voor laatmiddeleeuws denken over
seksualiteit en erotiek.
Ook in de Romeinse tijd hadden de talrijke fallische
voorwerpen naast hun vruchtbaarheidssymboliek deze
'apotropaeïsche' functie.
Bij het Romeinse grenscastellum Zugmantel in Duitsland
zijn enige losse fallustuiten van zogenaamde penispotten
gevonden, maar ook een complete tweeorige
kruik met een fallustuit. Deze is opgegraven door
keizer Wilhelm II, die regelmatig
opgravingen bezocht en dan ook de spade
hanteerde, met deze frivole pot als
resultaat.
De populariteit van deze potten strekt
zich uit tot onze tijd: enige jaren geleden
zag ik in Spanje bij een keramiekcentrum
een rij penispotten staan, van klein
tot groot.
1
De fallusbeker uit Reimerswaal,
zoals deze gevonden
werd door de heer Hoogstraten.
van de Reimerswaalse fallusbeker
.C.J. Goldschmitz-Wielinga).
Laatmiddeleeuws bord
met fallusdecoratie
uit Aardenburg.
Profaan insigne,
voorstellende een fallus en
vrouw met kruiwagen en drie fallussen.
Vondst uit Sluis (Brugstraat, project Smeedtoren, 2011).
In de genoemde publicatie Schatze aus Raerener Erde zijn twee
vergelijkbare bekers afgebeeld. Beide 'Scherzgefasse' zijn van steengoed
en voorzien van zoutglazuur.
De ene heeft onder de mondrand een fries met de voorstelling van
twee draken die uit een fontein drinken, de andere torst op het
cilindrische deel een geboetseerde naakte masturberende mannen
figuur. Dit is een welhaast pornografische toevoeging die ver boven
de gangbare seksuele toespelingen uitgaat. Waarschijnlijk gaat het
hier om een 'wildeman': een antropomorf wezen, voorgesteld als een
sterk behaarde, naakte en met reuzenkracht bedeelde oermens.
De bekers zijn 21 en 22 centimeter hoog, een lengte die ook bij onze
beker zou passen. Drinkgerei in de vorm van glazen fallussen was al
bekend, zowel uit ons land (Venlo) als uit Salzburg, Trier, Herford en
Mainz. Het glas uit Herford is nota bene gevonden in
In de negentiende eeuw verborg men archeologische voorwerpen met
onzedelijk karakter in een Secretum, een 'geheim museum'.
Onzedelijkheid is echter geen wetenschappelijke, maar een morele
maatstaf. Met deze erotische 'vondst voor het voetlicht' laat Zeeuws
Erfgoed zien dat het Victoriaanse trauma ver achter ons ligt.
Leida Goldschmitz-Wielinga
Archeologische Werkgemeenschap Nederland, afdeling Zeeland
Literatuur
Jos Koldeweij, 2006: Geloof en geluk. Sieraad en devotie in middeleeuws Vlaanderen.
Arnhem, 109-120.
Ralph Mennicken, 2009: Katalog des Raerener Steinzeug aus dem Hetjens-Museum/
Deutsches Keramikmuseum Düsseldorf. Raeren, 422-426.
V.T. van Vilsteren (eindred.), 2003: 100.000Jaar sex. Over liefde, vruchtbaarheid
en wellust. Zwolle (Archeologische Bijdragen van het Drents Museum, deel 3).
Zeeuws Erfgoed 7 juni 2011/02 ARCHEOLOGIE